Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft op 21 januari 2020 uitspraak gedaan over de verschillende waardering van onroerende goed voor legitimarissen en voor erfgenamen.

De grieven richten zich tegen de waardering van de landerijen voor de berekening van de legitieme portie.

Erfrecht. Legitieme. Waardering onroerende zaken voor legitimarissen en voor erfgenamen. Peildatum. Taxatie. Waardestijging van onroerend goed.

De rechter oordeelt als volgt.

Op zichzelf is juist dat de peildatum voor de waardebepaling bij de berekening van de legitieme portie het tijdstip is, onmiddellijk na het overlijden van de erflater (artikel 4:65 in verbinding met artikel 4:6 BW).

Een waardestijging van onroerende zaken na het overlijden van de erflater tot het moment van verdeling komt dan ook niet aan een legitimaris toe.

In de nalatenschap van moeder (haar aandeel in de onverdeelde huwelijksgemeenschap) waarin appellanten als erfgenamen gerechtigd zijn, bevonden zich echter ook onroerende zaken die na haar overlijden in waarde zijn gestegen en in die meerwaarde delen appellanten als erfgenamen in beginsel wèl mee.

Het hof deelt niet de conclusie van de rechtbank dat appellanten op grond van een afspraak van die meerwaarde hebben afgezien.

Die afspraak baseert de rechtbank op uitlatingen tijdens een comparitie, maar uit het proces-verbaal van 24 maart 2016 blijkt dat de advocaat namens appellanten akkoord kon gaan met de waardering conform de successieaangifte van moeders nalatenschap, met uitzondering van die voor de onroerende zaken (een woning en twee percelen weiland, welke weilanden appellanten willen hebben).

Uit het proces-verbaal blijkt dat alle partijen zich konden vinden in de waardering conform de successieaangifte van de overige bestanddelen.

De waarde van de woning en landerijen zal daarom alsnog bepaald moeten worden door middel van een taxatie, en wel naar twee tijdstippen: voor zover het gaat om het aandeel van vader in die zaken (50%) en dus de berekening van de legitieme portie van appellanten, is dat de waarde ten tijde van het overlijden van vader, dus 17 oktober 2004.

Voor zover het gaat om het halve aandeel van moeder en dus de nalatenschap waarin appellanten mede-erfgenaam zijn, is dat de huidige waarde bij de verdeling.

Het hof zal voor het uitvoeren van die taxatie een deskundige moeten benoemen indien de advocaten van partijen dat niet in onderling overleg en dus sneller kunnen regelen.

Wilt u de gehele uitspraak bekijken? Klik dan hier.

Heeft u een vraag aan onze advocaat legitieme over de vereffening of verdeling van een erfenis, over de uitleg van een testament of over de nietigheid van een testament, over de taken en bevoegdheden van de executeur, over het kindsdeel of over de legitieme, of over het berekenen van de legitieme, belt u dan gerust onze advocaat legitieme op 020-3980150.

Wilt u meer weten over de berekening van de legitieme, bezoek dan onze website over de legitieme. Klik dan hier.

Wilt u meer weten over de verdeling van een erfenis, bezoek dan onze website over de verdeling van een erfenis. Klik dan hier.

Wilt u meer weten over het erfrecht, bezoek dan onze website. Klik dan hier.

Wilt u meer weten over ons advocatenkantoor? Klik dan hier.