De Rechtbank Amsterdam heeft op 4 mei 2022 uitspraak gedaan over de vraag of de eisende partijen ontvankelijk waren in hun vordering vanwege de genoemde hoedanigheid van de procespartijen in de dagvaarding.
In 2008 is mevrouw erflaatster overleden.
Erflaatster was gehuwd met erflater.
Uit dit huwelijk zijn eisers geboren.
Erflaatster heeft bij testament van 24 september 1991 beschikt over haar nalatenschap en heeft daarin eisers en erflater tezamen benoemd tot haar erfgenamen, ieder voor een gelijk gedeelte en met toepassing van de zogenaamde ouderlijke boedelverdeling als bedoeld in artikel 1167 boek 3 (oud) van het Burgerlijk Wetboek (BW).
De rechtbank stelt voorop dat eisers deze procedure hebben ingestoken in hun hoedanigheid van schuldeisers in de nalatenschap van erflater en specifiek niet in hun hoedanigheid van erfgenaam van genoemde nalatenschap.
Vervolgens hebben zij echter, in elk geval na wijziging van eis, ook een aantal vorderingen ingesteld die voortvloeien uit hun hoedanigheid van erfgenaam.
In 2017 is erflater overleden.
Bij verklaringen inzake executele van 12 februari 2018 heeft gedaagde haar benoeming tot executeur in de nalatenschap van erflater aanvaard
Erfrecht. Procesrecht. Dagvaarding. Hoedanigheid van procespartij. Dagvaarden in hoedanigheid. Schuldeisers. Erfgenamen. Executeur. Ontvankelijkheid.
De rechter oordeelt als volgt.
Ter beoordeling staat of eisers in de gegeven omstandigheden in beide hoedanigheden in deze procedure kunnen optreden.
Daartoe wordt als volgt overwogen.
Het moment van uitbrengen van de dagvaarding is bepalend voor de vraag wie er materieel partij zijn in het geding.
Het uitgangspunt is dat een partij hierna niet meer in een andere hoedanigheid kan optreden (vgl. HR:2004:AN8483).
Dit vloeit voort uit de eisen van een goede procesorde.
Eiseressen kunnen in de loop van de procedure dus niet hun hoedanigheid wijzigen in (mede) die van erfgenamen van de nalatenschap van erflater.
Dit zou slechts onder bijzondere omstandigheden anders kunnen zijn, bijvoorbeeld als die wijziging plaatsvindt op een moment dat de wederpartij nog niet heeft gereageerd in de procedure (vgl. HR:2020:587).
Eiseressen zijn gelet op het voorgaande niet-ontvankelijk in de vorderingen die zij jegens gedaagde hebben ingesteld in hun hoedanigheid van erfgenamen in de nalatenschap van erflater.
De vordering is, hoewel al bij dagvaarding ingesteld, een vordering die aan eisers als erfgenamen toekomt, dit terwijl zij zelf bij dagvaarding een uitdrukkelijke beperking hebben gesteld aan de hoedanigheid waarin zij wensen op te treden.
Het betreft een discussie die partijen zullen moeten voeren in het kader van de verdeling van de nalatenschap van erflater, een discussie die nu niet aan de orde is en waarbij bovendien ook hun halfbroer en mede-erfgenaam dient te worden betrokken.
Datzelfde geldt ten aanzien van de andere vorderingen.
Ten aanzien van de overige vordering merkt de rechtbank ten overvloede op dat vaststaat dat eisers intussen al een groot deel van de gevraagde stukken hebben ontvangen en dat zij niet duidelijk hebben gemaakt welke stukken zij nu nog missen.
Nu gedaagde haar bereidheid tot overleggen van eventueel ontbrekende stukken heeft uitgesproken kan dit punt wellicht in onderling overleg worden opgelost.
Ten aanzien van de overige, andere vordering merkt de rechtbank ten overvloede op dat het nog maar de vraag is of eisers deze vorderingen nu al ten laste van de nalatenschap kunnen brengen; het gevorderde bedrag is nog niet door hen betaald en zij hebben tegen de opgelegde aanslagen bezwaar gemaakt.
Verder staat vast dat gedaagde hangende deze procedure (in december 2021) is ontslagen als executeur.
Dit betekent dat hij niet langer als executeur kan worden veroordeeld tot betaling van het erfdeel van de nalatenschap van erflaatster.
Eiseressen zullen dan ook niet ontvankelijk worden verklaard in hun vorderingen voor zover gericht tegen gedaagde in deze hoedanigheid.
Wilt u de gehele uitspraak bekijken? Klik dan hier.
Heeft u een vraag aan onze advocaat verdeling erfenis over de vereffening of verdeling van een erfenis, over de uitleg van een testament of over de nietigheid van een testament, over de taken en bevoegdheden van de executeur, over het kindsdeel of over de legitieme, of over het berekenen van de legitieme, belt u dan gerust onze advocaat verdeling erfenis op 020-3980150.
Wilt u meer weten over de verdeling van een erfenis, bezoek dan onze website over de verdeling van een erfenis. Klik dan hier.
Wilt u meer weten over het erfrecht, bezoek dan onze website. Klik dan hier.
Wilt u meer weten over ons advocatenkantoor? Klik dan hier.